Tanks door de straten van Amsterdam

Op 3 maart 2024 is het 44 jaar geleden dat de Amsterdamse krakersrellen in 1980 geweldadig werden neergeslagen door de Nederlandse overheid. De aanloop van deze rellen was de verslechterende economische situatie in Amsterdam. Grote industrie verliet de stad, waardoor grote werkloosheid ontstond. Door deze werkloosheid zat een groot deel van de Amsterdammers in de bijstand. Er was tevens een hoge woningnood, ondanks dat er ook grote leegstand van huizen bestond. Deze leegstand werd medeveroorzaakt door “speculanten”; vermogenden die huizen bezitten in afwachting van een waardestijging.

Al een jaar voor de krakersrellen, in 1979, werd door een krakersgroep het kantorenpand de Groote Keijser bezet en, in anticipatie op een geweldadige confrontatie met de overheid, omgebouwd tot fort. Op zaterdag 23 februari 1980 werd de Vondelstraat 72, in Oud West, gekraakt en werd dezelfde nacht nog ontruimd. Om het pand opnieuw te kraken hadden de krakers een slimme afleidingsmanoevre ingezet. Op vrijdag 29 februari trok een groep krakers met veel bombarie naar het stadhuis, waardoor de Mobiele Eenheid (ME) hun menskracht hier voornamelijk aan wijdde. Ondertussen ging een andere groep krakers naar de Vondelstraat 72 toe om het pand weer te kraken. Toen de ME uiteindelijk toch aan de Vondelstraat arriveerde begonnen ze direct met geweld tegen de krakers. De krakers vochten echter terug en bekogelden de ME met stenen. De ME droeg toen nog geen beschermende kleding en hun busjes stonden niet in de buurt, waardoor velen van hen blauwe plekken en kneuzingen opliepen en ze zich niet makkelijk konden verschuilen.

Door de grote tegenstand van de krakers, trok de ME zich voorlopig terug en bezetten de krakers een heel straatgedeelte in Amsterdam, tussen de Vondelparkbrug en de Overtoom en doopten dit gebied de “Vondelvrijstraat”. De krakers verwachtten dat de gemeente hen niet lang zou dulden en daarom baricadeerden ze toegangswegen naar dit gebied met stoeptegels. Niet alleen krakers uit Amsterdam, maar andere slachtoffers van de woningnood die sympathie kwamen betuigen aan de kraakbeweging kwamen ook naar het gebied om mee te strijden. Ondertussen onderhandelde een delegatie van het Stedelijk Overleg Krakers (SOK) met gemeenteraadsleden over de toekomst van het pand. Deze onderhandelingen verliepen gedurende het weekend.

Bij veel krakers bestond de verwachting dat er in de loop van maandag 3 maart een overeenkomst bereikt zou worden. Tot grote verrassing reden er op die maandagochtend om 5:00 uur ’s ochtends tanks de Vondelstraat binnen om de barricades op te breken en de krakers te verdrijven. De ME, de Marechaussee en de Landmacht waren erbij aanwezig. Deze tanks waren, ondanks de lopende onderhandelingen, ingezet in opdracht van de toenmalig burgemeester, die de openbare orde wilde herstellen. Vanuit een helikopter werden pamfletten gegooid waarop stond dat de colonne “eenmaal in beweging niet meer kunnen worden gestopt”. De gemeente besloot uiteindelijk om de Vondelstraat 72 en de Groote Keijser op te kopen en verder met de krakersbeweging te onderhandelen. Er werd besloten dat de gemeente de panden om zou bouwen tot jongerenappartementen. Hiermee werd een deel van de krakers huurder in de omgebouwde panden en brak dit deel met het meer militante gedeelte van de krakersbeweging. Er werd ook een werkgroep Huishoudens Alleenstaanden en Tweepersoons (HAT) opgericht, die meer kraakpanden opkocht en de gemeente bouwde zelf ook meer woningen voor mensen in woningnood.